Schelden, bedreigen en soms zelfs fysiek geweld: het komt in de zorg helaas steeds vaker voor. Inmiddels ervaart een groot deel van de zorgverleners agressie op de werkvloer. Soms is dat door eigen collega’s, maar steeds vaker door patiënten, hun naasten en bezoekers. Sommige zorgverleners ervaren die agressie zelfs iedere dag. Regelmatig worden mensen online bedreigd of zelfs thuis opgezocht. Twintig procent van de zorgmedewerkers voelt zich daardoor onveilig op het werk.
Die toegenomen agressie heeft een enorme impact: veertig procent van de zorgmedewerkers zag de eigen psychische gezondheid verslechteren sinds corona, vooral door de toegenomen agressie.2 Het leidt tot stress, frustratie en spanningsklachten. Zestien procent van de medewerkers overweegt daardoor om uit de zorgsector te stappen. Dat zijn tweehonderdduizend mensen, die we niet kunnen en willen missen.
Deels zal die toegenomen agressie waarschijnlijk komen door de coronamaatregelen en de spanning die de coronacrisis heeft veroorzaakt. Die crisis heeft veel van mensen gevraagd. Maar ik denk dat het ook komt door het toenemende gebruik van sociale media waardoor informatiebubbels en tunnelvisie kunnen ontstaan. In besloten groepen versterken gelijkgestemden elkaars emoties en stimuleert het algoritme om steeds extremere uitspraken te doen. Gesterkt in hun overtuiging ervaren mensen een lagere drempel om zich agressief te gedragen.
Maar ik vrees dat er meer aan de hand is dan een tijdelijke toename in agressie door de coronacrisis. Het is treurig, maar soms is het echt zo ben ik bang: agressie loont. Wie ophef veroorzaakt krijgt aandacht. De agressieve patiënt aan de telefoon wordt eerder door de dokter gezien. Politici die zich agressief opstellen krijgen meer media-tijd dan zij die hun werk genuanceerd en in stilte doen. Met tractors krijg je tegenwoordig meer voor elkaar dan met een spandoek.
En dat heeft grote maatschappelijke gevolgen. Artsen en andere deskundigen die online bedreigd worden trekken zich terug uit het maatschappelijk debat. Bedreigde journalisten worden voorzichtiger met wat ze opschrijven. Zorgverleners overwegen een andere baan.
Het valt me op dat zorgverleners vaak met begrip en empathie reageren op agressie, uit angst voor escalatie en het schenden van de vertrouwensrelatie. ‘Hij heeft het ook heel zwaar’. ‘Het is ook verschrikkelijk wat er is gebeurd’. Ook lijkt er soms een soort gewenning te ontstaan: ‘agressie hoort er nou eenmaal bij’.
Maar agressie hoort er niet bij, tenzij het wordt veroorzaakt door een medische aandoening natuurlijk. Agressie is niet normaal en hoort zeker niet beloond te worden. Het stompt af om iedere dag met agressie geconfronteerd te worden. En uiteindelijk ga je daar zelf aan onderdoor. En hoewel het altijd goed is om van een incident te leren: de oorzaak ligt vrijwel nooit bij de zorgverlener.
Zoals bij veel complexe problemen is er niet één oplossing voor de toegenomen agressie. Dit is een maatschappelijk probleem dat de zorgsector en de mensen die daarin werken niet alleen kunnen oplossen. Er zijn wel dingen die je kunt doen. Doe niet alsof agressie normaal is. Praat over een incident. Met collega’s, maar vooral ook met leidinggevenden. Maak als leidinggevende, als afdeling en als instelling beleid. En trek bij agressie direct een grens: ‘het is heel naar voor u wat er is gebeurd, maar agressie tolereren we niet.’ Organiseer ‘stop-gesprekken’ en spreek mensen ook achteraf aan op hun gedrag: ‘wat u heeft gedaan kan echt niet’. Zorg dat we agressie nooit normaal gaan vinden. Zorg dat het niet loont. En bovenal: zorg goed voor jezelf en voor elkaar.